De rust en onrust van thuiswerken
donderdag 3 oktober 2019
Niet meer vaststaan in de ochtendspits, maar lekker op de bank thuiswerken. Steeds meer werknemers kiezen ervoor. Toch is het lang niet voor iedereen weggelegd.
Nederland is Europees kampioen thuiswerken, blijkt uit onderzoek van Eurostat. Zo werkt 14 procent van de Nederlanders regelmatig thuis. Daarnaast zijn er meer dan een miljoen zzp’ers, terwijl bedrijven steeds vaker hun personeel zelf laat bepalen wanneer en hoe vaak ze naar kantoor komen.
Isolatie
De Amerikaanse psycholoog Ryan Hooper merkt dat thuiswerken voor velen inderdaad bevrijdend kan werken, maar ziet ook dat het voor anderen juist een gevaar vormt voor de mentale gezondheid. “Heeft men geen vaste werktijden en kantoor om naartoe te gaan, dan gaat hij of zij zich geïsoleerd voelen. Voor hen is feedback en aanmoediging op de werkvloer namelijk van cruciaal belang voor hun functioneren.”
(On)rust
Een ander gevaar dat op de loer ligt is het overslaan van rustmomenten, wat resulteert in juist te weinig rust. “Als er geen collega is die komt vragen of je mee gaat lunchen, is de verleiding groot om maar door en door te gaan,” verklaart bedrijfspsycholoog Tanya Hellemons. Het inplannen van vaste tijden, vaste pauzes en het in gebruik nemen van een aparte werkruimte biedt volgens haar uitkomst. “Op die manier kun je letterlijk de deur achter je werk dichttrekken.”