Berichten

Bijna 40 procent van alle werknemers wereldwijd is bereid om voor een lager salaris te werken als hiermee banen in het bedrijf gered kunnen worden. Eén op de drie vindt het geen probleem om later het loon te ontvangen, blijkt uit onderzoek van ADP.

Ruim 11.000 werknemers werd gevraagd wat ze acceptabel zouden vinden om banen binnen de organisatie te redden. Daarbij konden ze kiezen uit vier opties: salarisverlaging, uitstel van betaling, beëindiging van de arbeidsrelatie of helemaal geen maatregelen.

Een meerderheid (40 procent) kiest voor de salarisverlaging. Toch verschilt men onderling van mening over de grootte van de verlaging: 40 procent wil hooguit een verlaging van tien procent of minder, 30 procent gaat akkoord met een loonsverlaging tussen de elf en twintig procent, en bijna 20 procent is zelfs bereid 21 tot 30 procent van hun loon af te staan.

Volgens Martijn Brand, algemeen directeur van ADP Nederland, zijn de onderlinge verschillen makkelijk te verklaren. “Het hangt natuurlijk af van de persoonlijke situatie. Werknemers die moeite hebben de eindjes aan elkaar te knopen, zullen minder snel een deel van hun salaris afstaan.”

Moeite
Het onderzoek toont dat met name werknemers in het onderwijs en de zorg minder bereid zijn een groot deel van hun loon af te staan om zo banen binnen de organisatie te redden. Oudere werknemers hebben er ook meer moeite mee ten opzichte van hun jongere collega’s, zegt Brand. “Ze hebben vaak meer vaste lasten en bijvoorbeeld studerende kinderen die ze financieel ondersteunen.”

Uitstel
Een derde van de respondenten zou akkoord gaan met uitstel van betaling. Zo’n 13 procent van deze groep vindt dat het uitstel niet langer dan een maand mag duren, terwijl 40 procent akkoord gaat met een vertraging van één tot twee maanden. Bijna 30 procent is bereid liefst drie maanden te wachten.

Logisch
Ruim 30 procent van de ondervraagden vindt geen enkele van de genoemde opties acceptabel. Beëindiging van de arbeidsrelatie bleek met 10 procent verreweg het minst populair. “Maar dat is logisch,” zegt Brand. “Niemand zit er tenslotte op te wachten om zijn of haar baan te verliezen.”