Grote groep werkenden heeft geen buffer
vrijdag 11 december 2020
Een op de acht Nederlandse werknemers heeft onvoldoende vermogen of geen werkende partner om op terug te kunnen vallen in het geval van inkomensverlies. Met name flexwerkers komen mogelijk in de problemen, zegt de Algemene Rekenkamer.
De rekenkamer analyseerde gegevens van bijna alle 8 miljoen werkenden tussen 2010 en 2017. De conclusie: zo’n 1 miljoen werkenden kunnen tijdelijk inkomensverlies niet opvangen met eigen middelen. Het gaat hier om 20 procent van de flexwerkers (379.000 mensen), 10 procent van de werknemers in vaste dienst (469.000 mensen) en 9 procent van de zelfstandigen (100.000 mensen).
De conclusie is zorgwekkend. Uitzend- of oproepkrachten en anderen met tijdelijke contracten hebben een financiële buffer juist het hardst nodig, zegt de rekenkamer. De groep krijgt namelijk veel vaker met perioden van werkloosheid te maken in vergelijking met werknemers met een vaste baan.
Jongeren
Werknemers met een loopbaan van flexibele contracten zitten over het algemeen ruim anderhalf keer vaker zonder buffer dan vaste werknemers. Het grootste deel van deze groep is jonger dan 35 jaar. De rekenkamer constateert echter dat deze jongeren gedurende hun loopbaan vanzelf het verschil met vaste werknemers en zelfstandigen inhalen.