Toekomst van het kantoor staat onder druk
zaterdag 5 december 2020
De helft van de medewerkers van ING kunnen ook na de coronacrisis hun werk thuis blijven verrichten. De bank gaat in diezelfde periode onderzoeken of het aantal kantoren teruggeschroefd en anders ingericht kunnen worden. Ook in andere bedrijven staat de toekomst van het kantoor onder stevige druk.
Zo’n 80 procent van de 53.000 ING-medewerkers werkt momenteel vanuit huis. Kantoorruimtes zullen hierdoor minder worden benut, met als gevolg dat de rol en inrichting hiervan flink op de schop gaat. “Het zou best wel eens kunnen worden als voetbalkantines,” zegt Steven van Rijswijk, CEO van ING Group. “Je komt eerst in een groep bij elkaar voor informeel overleg op kantoor en gaat vervolgens naar huis om daarna verder te werken.”
ING is niet de eerste werkgever die de toekomst van het kantoor onder de loep neemt. KPN onderzoekt eveneens de invulling hiervan, terwijl DSM haar pand in Sittard al in juni definitief verlaten heeft. Thuiswerken blijft in veel bedrijven, groot en klein, ook na de coronacrisis de norm, dus is de verwachting dat het aantal gesloten kantoren verder zal toenemen.
Energielabel
Het sluiten van de kantoren heeft ook deels te maken met het energielabel. Meer dan de helft van de Nederlandse ondernemers wordt mogelijk binnen de komende drie jaar uit zijn of haar kantoor gezet omdat deze niet energiezuinig is. Kantoren moeten vanaf 1 januari 2023 minimaal het energielabel C hebben, maar duizenden panden voldoen op dit moment nog niet aan de voorwaarden.
Woningen
Gesloten kantoorpanden hoeven er niet lang verlaten bij te liggen. Het afgelopen jaar zijn er maar liefst 6.000 woningen gebouwd in voormalige kantoorgebouwen. De verwachting is dat dit aantal nu kantoorruimtes steeds vaker overbodig worden verder zal toenemen.