Flexwerkers blijken toch niet ongezond
maandag 3 februari 2020
Flexwerkers hebben meer stress en dus meer gezondheidsklachten dan werknemers in vaste dienst. Tenminste, dat werd altijd gedacht. Onterecht, blijkt uit onderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Het CBS onderzocht tussen 2007 en 2017 verschillende keren de gezondheid van 112.000 flexwerkers tussen de 20 en 65 jaar. Kregen zij door baanonzekerheid, slechtere secundaire arbeidsvoorwaarden en een gebrek aan training en doorgroeimogelijkheden meer stress en zo een slechtere gezondheid? Het antwoord is duidelijk: nee.
Sterker nog, de gezondheid van flexwerkers ontwikkelt zich minimaal hetzelfde als die van mensen met een vast contract. Bij vaste medewerkers ging 54 procent zich na verloop van tijd minder gezond voelen. Dat percentage ligt één procentpunt hoger dan bij flexwerkers.
Werkloos
Bij werklozen is de gezondheid wél fors minder. Zo’n 60 procent van de respondenten zonder werk ervoer in de genoemde periode achteruitgang. Onderzoekers waarschuwen dat flexwerkers op deze manier wel indirect gezondheidsrisico’s lopen. Wie flexibel werkt, kan immers relatief sneller werkloos raken dan werknemers in vaste dienst.
Werkenden voelen zich over het algemeen veel gezonder dan mensen zonder werk: 90 procent betitelt zijn of haar gezondheid als goed, zeer goed of uitstekend. Bij niet-werkenden gaf slechts drie op vier respondenten hun gezondheid een ‘goed’ of beter.
Vrouwen
Het onderzoek toont dat vrouwen, laagopgeleiden en ouderen zich vaker ongezonder voelen dan mannen, jongeren en middelbaar en hoogopgeleiden. Toch concluderen de onderzoekers dat gezondheid het meest samenhangt met de kans op het vinden of verliezen van werk.