Berichten

Bijna de helft van de uitzendkrachten heeft door de coronacrisis geen of vrijwel geen werk meer. Dat blijkt uit een onderzoek van opiniepeiler Maurice de Hond in opdracht van vakbond CNV. Met name in de horeca vallen zware klappen.

Nederland telde in 2019 ongeveer 1,9 miljoen flexwerkers, blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Een groot deel van deze groep krijgt of heeft het al zwaar te verduren door de coronacrisis. Vakbond FNV gaf eerder aan dat 800.000 flexwerkers, zowel uitzendkrachten als werknemers met een tijdelijk contract, hun baan zullen verliezen.

Horeca
Flexibele werknemers vinden we met name terug in de horeca, een van de sectoren die tijdens deze crisis het hardst wordt getroffen. Ongeveer 55.000 keukenhulpen, 17.000 koks en 131.000 kelners, barmannen en -vrouwen hebben er een flexibel contract. Hun positie is hoogst onzeker geworden, zeggen zowel het CBS als de vakbonden.

“Zeker de helft van flexwerkers is actief in de horeca,” vertelt sectorbestuurder Edwin Vlek van FNV Horeca. “Nulurencontracten worden in veel gevallen niet doorbetaald en werknemers met een tijdelijk contract krijgen te horen dat hun contract niet wordt verlengd.” Vlek benadrukt dat de NOW, de overheidsbijdrage aan werkgevers die mensen doorbetalen, net zo goed voor flexwerkers is bedoeld.

Einde
De coronamaatregelen zijn momenteel verlengd tot en met dinsdag 28 april. Het is een lelijke streep door de rekening voor de horeca, wiens groei plotseling tot stilstand is gekomen. Het aantal horecagelegenheden stijgde de afgelopen tien jaar met maar liefst 38 procent, maar de verwachting is dat veel (gezonde) zaken de crisis niet zullen overleven. Robèr Willemsen, voorzitter van Koninklijke Horeca Nederland, verwacht dat 10 tot 15 procent van de horecazaken eind april is omgevallen.