Roddelen op de werkvloer blijkt groot gemis
zaterdag 25 juli 2020
Geen collega’s op kantoor bij het koffieautomaat, dus geen geroddel. De ene werknemer mist het als een boer met kiespijn, maar voor de ander is het juist een groot gemis. “Roddelen is emotioneel ontladen.”
Roddelen wordt over het algemeen gezien als een negatieve bezigheid. Toch is het meer dan alleen negatief over elkaar praten, zegt Onne Janssen van de faculteit Economics and Business aan de Radboud Universiteit in Nijmegen. Sterker nog, het roddelen is volgens de professor een normaal onderdeel van onze sociale interactie. “Van alle informele gesprekken die we voeren, praten we zo’n 60 tot 70 procent van de tijd over elkaar.”
Al dat geroddel is volgens Janssen hartstikke functioneel. Hij onderscheidt drie functies van over elkaar praten. “We krijgen door roddelen inzicht in ons sociale netwerk—wie werkt goed en wie loopt de kantjes ervan af. Een andere belangrijke functie van roddelen is het verbinden van collega’s, terwijl we ook zo kunnen beïnvloeden hoe collega’s anderen zien en daarmee invloed uitoefenen op besluitprocessen.”
Emoties
Rinus Feddes van de Universiteit van Humanistiek in Utrecht ziet nog een vierde functie van het roddelen. Het geeft werknemers de mogelijkheid emotioneel te ontladen—iets waar veel werknemers juist in deze thuiswerksituatie behoefte aan hebben. “Veel mensen ervaren stress tijdens het thuiswerken. Dat wordt nu opgekropt. Natuurlijk kan je je collega even bellen om stoom af te blazen, maar dat is toch minder spontaan dan even langslopen.”
Klagen
Het gemis aan roddelen zorgt daarnaast ook voor een gemis aan informatie. De wandelgangen bevinden zich op het kantoor en niet thuis, dus krijgt men bijvoorbeeld bepaalde waarschuwingen niet mee over collega’s die er de kantjes vanaf lopen. Feddes benadrukt echter dat er een groot verschil is tussen iemand waarschuwen en je negatief over iemand uitlaten. “Klaag je over iemand, dan is het belangrijk dat feitelijk te houden. Spreek vanuit jezelf, beschrijf veranderbaar gedrag en laat weten wat het met je doet—ook als diegene over wie het gaat er niet bij is.”