Berichten

Een Limburgs belastingadvieskantoor moet een voormalig werkneemster wegens ‘ernstig verwijtbaar handelen’ ruim 100.000,- euro aan vertrekpremies en achterstallig salaris betalen, oordeelt de kantonrechter in Maastricht. De werkgever trekt hiermee aan het kortste eind bij een hoogopgelopen conflict over ‘coronaproof werken’.

De werkneemster in kwestie, een 61-jarige secretaresse die al tien jaar bij het belastingadvieskantoor met vestigingen in Gulpen en Vaals in dienst was, kreeg in maart vorig jaar net als haar collega’s te horen dat zij op kantoor moest blijven werken, ondanks de invoering van de coronamaatregelen en het verzoek tot thuiswerken van de overheid. “Ik ga ervan uit dat we met zijn allen onze schouders eronder zetten en dat IEDEREEN zijn eigen werk doet en op zijn eigen plaats gaat zitten”, luidde een bedrijfsmail naar het voltallige personeel op 15 maart.

Werknemers die toch vanuit huis wilden werken, werden verzocht vakantiedagen op te nemen. De 61-jarige receptioniste, die gezien haar leeftijd en hartproblemen tot een risicogroep behoort, meldde zich diezelfde dag echter ziek wegens keelklachten. Ze kreeg haar salaris uitbetaald, totdat haar werkgever hier per 1 juni mee stopte.

De bedrijfsarts stelde in juni vast dat de vrouw gezien haar medische achtergrond vanuit huis zou moeten werken en dat de werkgever dit zou moeten faciliteren. Dat weigerde de werkgever. Tegelijkertijd bleek er van een veilige werkplek op kantoor geen sprake, aangezien de looproute langs de balie niet met plexiglas was afgeschermd. Een later advies van de bedrijfsarts om de ernstig verstoorde arbeidsverhouding met de receptioniste te verbeteren, werd door de werkgever rigoureus van tafel geveegd.

Weigering
De vrouw stapte in oktober na maanden zonder salaris naar de rechter, die haar grotendeels in het gelijk stelde. De rechter constateerde dat er van werkweigering geen sprake was, terwijl het gezien de omstandigheden te begrijpen viel dat de secretaresse niet op de werkplek wilde zijn.

De werkgever weigerde ondanks de uitspraak het achterstallige loon terug te betalen, waarna het conflict escaleerde. De receptioniste stapte uiteindelijk opnieuw naar de rechter, ditmaal met een flinke vertrek- en schadevergoeding als eis.

Vergoedingen
Die eis is deze week door de kantonrechter in Maastricht ingewilligd. De rechter oordeelt dat er ‘evident sprake van ernstig verwijtbaar handelen’ door het belastingadvieskantoor is geweest. De werkneemster had bijvoorbeeld niet onder druk gezet mogen worden om naar het kantoor te komen terwijl daar helemaal geen veilige werkplek was, terwijl het toenaderingsadvies van de bedrijfsarts niet zomaar in de wind geslagen had mogen worden.

De uitspraak van de rechter betekent dat de secretaresse recht heeft op een transitievergoeding van ruim 10.000,- euro, een schadevergoeding van 46.000,- euro en ruim 10.000,- euro aan vakantiegeld. De vordering van de werkneemster is volgens haar advocaat inclusief het achterstallige salaris uit de rechtszaak van oktober vorig jaar inmiddels opgelopen tot ruim een ton.