Berichten

Het is al maandenlang een van de meest geopperde oplossingen voor de krapte op de arbeidsmarkt: zet deeltijders meer aan het werk om zo de personeelstekorten op te vangen. De realiteit blijkt echter heel anders: het aantal deeltijders is het afgelopen kwartaal niet verminderd, maar juist toegenomen.

Banen liggen nog altijd massaal voor het oprapen, maar desondanks staat zo’n 1,2 miljoen mensen van de Nederlandse beroepsbevolking deels of helemaal langs de kant. Een groot deel (bijna de helft) van deze groep bestaat uit deeltijdwerkers. Die groep is het afgelopen kwartaal ondanks de nijpende krapte op de arbeidsmarkt verder toegenomen, blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek.

Spanningsveld
Het aantal onderbenutte deeltijdwerkers die meer uren willen werken en hier ook direct voor beschikbaar zijn, is de afgelopen drie maanden met 27.000 gestegen naar 521.000. “Een vreemde ontwikkeling”, zegt CBS-hoofdeconoom Peter Hein van Mulligen.

Arbeidsmarktdeskundige Rob Witjes van uitkeringsinstantie UWV ziet dat er sprake is van een mismatch tussen voorkeuren. “Onder de deeltijdwerkers bevinden zich veel jongeren en studenten. Zij zijn vooral werkzaam in de detailhandel of de logistiek en staan momenteel sterk in hun schoenen vanwege de krapte op de arbeidsmarkt. Deeltijders die meer uren willen werken, hebben tegelijkertijd veel meer eisen over welke dagen of tijden. Zo ontstaat een spanningsveld met de werkgever.”

Voltijdsbonus
De toename van het aantal deeltijdwerkers is in strijd met de wens van het kabinet, dat juist deeltijders meer aan het werk wil zetten. Dit wil zij realiseren middels een voltijdsbonus, waarmee werknemers moeten worden geënthousiasmeerd om meer uren of zelfs een volledige werkweek te gaan draaien. Een eerste experiment zal binnenkort gaan plaatsvinden in het primair en voortgezet onderwijs. De eerste resultaten worden in het voorjaar verwacht.