Berichten

De krapte op de arbeidsmarkt kan maar op één manier worden opgelost, vindt werkgeversvereniging AWVN: meer werkuren voor degenen die nu nog parttime werken. “Het is een heel simpele oplossing we lang over het hoofd hebben gezien.”

Een gemiddelde werkweek in Nederland bestaat uit 29 uur. Dat aantal is — zeker met het oog op de huidige krapte op de arbeidsmarkt — te laag, vindt AWVN. “Ga je van 29 uur naar gemiddeld 32 uur, dan heb je een deel van het personeelstekort al opgelost”, zegt een woordvoerder van de vakbond.

Er zijn volgens de werkgeversvereniging twee zaken cruciaal om parttimers meer uren te laten werken: de balans tussen werk en privé moet intact blijven én het moet onder aan de streep iets opleveren. Daarnaast moeten werkgevers hun medewerkers meer verleiden om langer te werken. “Zorg voor flexibele roosters, blijf het thuiswerken ondersteunen en help bijvoorbeeld bij het regelen van een kinderopvang”, aldus de woordvoerder.

Belastingtechnisch moet er ook het nodige gebeuren om meer werken lonend te maken. Met name het toeslagensysteem zou “ongelooflijk ingewikkeld” zijn, beweert de werkgeversvereniging. “Het kan ineens zijn dat je in een ander belastingtarief gaat vallen als je meer werkt of dat er iets met je toeslagen gebeurt. Zo weet je niet wat je er uiteindelijk aan overhoudt als je meer gaat werken. Dat maakt het heel onaantrekkelijk.”

Minder uren
Overigens is het maar de vraag of de gemiddelde werknemer er überhaupt voor openstaat om meer uren met zijn of haar vak bezig te zijn. Cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek wijzen erop dat 759.000 werknemers daadwerkelijk meer uren zouden willen werken — een aantal dat een kwart miljoen werknemers lager is ten opzichte van 2014, terwijl het aantal werknemers dat minder uren wil werken over diezelfde periode juist met 162.000 is gestegen.