Berichten

De cao-akkoorden die in dit jaar tot dusver zijn afgesloten, leiden tot een gemiddelde loonsverhoging van 2,8 procent. Deze stijging is fors hoger dan vorig jaar, maar nog steeds te laag, vindt vakbond FNV. “We sluiten toenemende en grotere acties en stakingen niet uit.”

De lonen gaan in de cao’s die in 2022 zijn afgesloten met bijna 3 procent omhoog, blijkt uit cijfers van werkgeversvereniging AWVN. Dat is aanzienlijk hoger dan vorig jaar, toen de lonen gemiddeld met 2,1 procent stegen. Hoofdoorzaak van de toename is volgens de AWVN de recordkrapte op de arbeidsmarkt: per 100 werklozen stonden er in het eerste kwartaal van dit jaar 133 vacatures open.

Volgens vakbond FNV is er nog een andere oorzaak voor de toename: het veelvuldig voeren van acties en stakingen. “Daar waar er actie is gevoerd of met actie werd gedreigd, zijn de lonen harder gestegen”, aldus vicevoorzitter Zakaria Boufangacha.

Toch hebben de acties en stakingen niet geleid tot het resultaat dat de vakbond voor ogen heeft. De loonstijging valt namelijk in het niet in combinatie met de inflatie. Deze is tot dusver met tien procent toegenomen, met als gevolg dat de gemiddelde Nederlander er ondanks de loonstijging niet of nauwelijks op vooruit gaat. FNV pleit daarom voor een loonstijging die gebaseerd is op de inflatie die vorig jaar oktober werd verwacht, oftewel een loonstijging van 3,3 procent. “Een realistisch resultaat”, vindt Boufangacha.

Olievlek
Mocht deze loonstijging niet worden gerealiseerd, dan volgen er mogelijk nieuwe acties en stakingen. Tot dusver gebeurde dit bij ongeveer één op de drie onderhandelingen. “De olievlek zal zich verspreiden op het moment dat er niet serieus wordt geïnvesteerd in al die schoonmakers, beveiligers, NS-personeel en buschauffeurs in het streekvervoer”, waarschuwt Boufangacha. “Dan sluiten we niet uit dat dit leidt tot alsmaar toenemende en grotere acties.”