Berichten

Werknemers in de horeca krijgen vanaf nieuwjaarsdag een loonsverhoging tussen de 8 en 12 procent, afhankelijk van de werkervaring. Ook is in de nieuwe cao voor het eerst een minimumvergoeding vastgelegd voor stagiairs.

De nieuwe cao, vastgelegd door de werkgevers van Koninklijke Horeca Nederland (KHN) enerzijds en vakbonden FNV Horeca en CNV Vakmensen anderzijds, gaat per 1 januari in en zal voor een jaar gelden, mits de leden van de bonden hun goedkeuring geven aan het cao-akkoord. Het voornaamste resultaat van het akkoord: horecamedewerkers, zo’n half miljoen in Nederland, gaan er financieel 8 tot 12 procent op vooruit.

Het precieze percentage hangt af van de werkervaring. Beginnende medewerkers profiteren dankzij de toename van het minimumloon naar 13,27 euro per uur, maar werknemers met een rijke werkervaring gaan er financieel het meest op vooruit. Deze groep krijgt namelijk extra aandacht omdat zij niet profiteren van het stijgende minimumloon.

Het cao-akkoord is volgens KHN nodig om de horeca “aantrekkelijk te houden als werkgever”. In de nieuwe cao is namelijk ook aandacht voor een betere werk-privébalans, onder meer dankzij een ingevoerd maximum van het aantal uren dat mag worden overgewerkt. Ook voor stagiairs is een plek in de horeca stukken aantrekkelijker geworden: zij krijgen, voor het eerst, een minimumvergoeding van 350,- euro bruto bij een volledige werkweek.