Berichten

Liefst acht op de tien mensen die deels arbeidsongeschikt zijn hebben grote moeite met het vinden en behouden van een baan, blijkt uit een peiling van EenVandaag. Ze willen graag voor een werkgever (blijven) werken, maar die staat daar ondanks de krapte op de arbeidsmarkt zelden op te wachten.

Ben of raak je tussen de 35 en 80 procent arbeidsongeschikt, dan moet je volgens de wet bij je huidige werkgever blijven werken of re-integreren in de arbeidsmarkt. Toch gebeurt dit lang niet altijd: slechts de helft van deze groep is daadwerkelijk aan het werk, blijkt uit cijfers van het UWV.

EenVandaag vroeg ruim 1.800 mensen die deels arbeidsongeschiktheid zijn verklaard naar de reactie van hun werkgever voor wie zij op dat moment werkten. De helft (49 procent) meent dat de werkgever niet zijn of haar best heeft gedaan om hem of haar in dienst te houden of ander passend werk te vinden. Een grote groep deels arbeidsongeschikten zegt bovendien desinteresse en zelfs vijandigheid van hun werkgever te voelen sinds het moment dat ze ziek zijn geraakt. Sommige respondenten zeggen onder te druk te zijn gezet om ontslag te nemen of om zich volledig te laten afkeuren.

Eenmaal werkloos blijkt het voor deels arbeidsongeschikten lastig om aan een nieuwe baan te komen: acht op de tien zegt hier grote moeite mee te hebben. Het overheersende gevoel is dat werkgevers hen niet in dienst willen nemen wegens hun ziekte of beperking. “Ze willen je wel gratis, bijvoorbeeld in de vorm van een onbetaalde ervaringsplek. Alsof je niets kan en niets waard bent”, aldus een van de respondenten in het onderzoek van EenVandaag.

Financiële problemen
Een arbeidsongeschiktheidsuitkering voor mensen die volledig zijn afgekeurd bedraagt maximaal 75 procent van het laatstverdiende loon. Deels arbeidsongeschikten ontvangen een lager percentage. Dat percentage is voor een grote groep aan de lage kant: ruim één op de drie (36 procent) deels arbeidsongeschikten zegt niet te kunnen rondkomen van de uitkering.