Berichten

Nederlandse werkgevers mikken volgend jaar op een salarisverhoging van 4,2 procent voor hun personeel, blijkt uit onderzoek van adviesbureau WTW. Niet alleen de krapte op de arbeidsmarkt dwingt werkgevers tot een nieuwe loonstijging, maar vooral de inflatie.

De salarisverhoging moet er voor zorgen dat personeel kan worden aangetrokken en worden behouden te midden van een krappe arbeidsmarkt en hoge inflatie. De stijging ligt echter lager dan de gemiddelde loonstijging van 4,6 procent dit jaar. Een derde van de ondervraagde werkgevers geeft aan dat het salarisbudget op dit moment hoger is dan ze aanvankelijk hadden voorzien.

Er zijn verschillende redenen voor een nieuwe salarisverhoging. De belangrijkste is de inflatie, genoemd door 70 procent van de werkgevers. De krapte op de arbeidsmarkt is voor ruim de helft van de bedrijven (54 procent) een andere belangrijke factor, terwijl de loonstijging voor 22 procent van de werkgevers moet plaatsvinden om bestaand personeel te behouden.

Spanning
De krapte op de arbeidsmarkt is inmiddels wat afgenomen, maar in de overgrote meerderheid van de beroepen is er nog steeds sprake van een nijpend personeelstekort. In Limburg heeft vooral de detailhandel grote moeite met het opvullen van vacatures. Reden hiervoor is dat deze sector — denk aan bedrijven als bouwmarkten, kledingwinkels en supermarkten — op het gebied van salaris moeilijk kan concurreren met andere sectoren.

Ook de Limburgse kinderopvang kampt met een groot personeelstekort: het aantal openstaande vacatures is momenteel vier keer zo groot dan het aantal (pedagogisch) medewerkers. Uitkeringsinstantie UWV verwacht zelfs dat de tekorten de komende tijd nóg groter zullen worden.