
Groei in jongeren met betaald werk gestopt
maandag 24 februari 2025
Het percentage jongeren in de leeftijd van 15 tot 27 jaar met betaald werk is in 2024 voor het eerst sinds 2021 niet toegenomen. In 2024 had 77,7 procent van de jongeren betaald werk, een jaar eerder was dit 77,9 procent.
Onder de jongeren die geen onderwijs volgen, daalde de nettoarbeidsparticipatie ook al in de jaren 2022 en 2023. Het aantal jongeren dat geen onderwijs volgt én geen werk heeft, nam toe, van 99.000 in 2021 naar 126.000 in 2024. Dat meldt het CBS op basis van de Enquête beroepsbevolking (EBB) in het kader van de Landelijke Jeugdmonitor.
Beter dan in 2014
Ook al is er sprake van een afname met 0,2 procent, de arbeidsparticipatie onder jongeren is nog steeds hoog als er vergeleken wordt met tien jaar geleden. In 2014 lag dat percentage op 69. Sindsdien was elk jaar het percentage werkende jongeren gestegen, als het eerste jaar van de coronapandemie niet wordt meegerekend. Peter Hein van Mulligen, hoofdeconoom bij het CBS, sprak op NU.nl het vermoeden uit dat tijdens de coronapandemie er vaker sprake was van vervroegd schoolverlaten. "Zij zijn zonder diploma op de arbeidsmarkt beland. Mogelijk gaat het ze daarom moeilijker af om nu een betaalde baan te vinden."
Ziekte
Het aantal niet-onderwijsvolgende jongeren zonder betaald werk neemt al drie jaar toe. Van de 126.000 zijn er ongeveer 50.000 op zoek naar werk en beschikbaar op korte termijn. De andere 76.000 is niet op zoek naar werk en/of niet beschikbaar voor de arbeidsmarkt. De redenen waarom zijn uiteenlopend, maar voor de meesten geldt dat ziekte hen verhindert te gaan werken.
Relatief laag
Misschien doen de cijfers anders vermoeden, maar het werkloosheidspercentage onder jongeren is nog steeds relatief laag. Van de niet-onderwijsvolgende jongeren was in 2024 6,2 procent van de beroepsbevolking werkloos. In 2014 lag dit percentage op 10,5. Van de jongeren die onderwijs volgen was het werkloosheidspercentage 8,9, in 2014 was dit 14,1. In 2024 waren er 177 duizend werkloze jongeren (van 15 tot 27 jaar). De meesten (127 duizend) waren onderwijsvolgend.