Berichten

In de afgelopen januarimaand werden in Nederland zeven cao’s afgesloten, goed voor een gemiddelde loonstijging van 4,5 procent. Die 4,5 procent ligt ruim een procent hoger dan de inflatie, die volgens CBS-cijfers in januari 3,3 procent bedroeg. Desondanks is de FNV van zins vast te houden aan de looneis van 7 procent want ‘het bedrijfsleven boekte de afgelopen jaren fors hogere winsten en er is dus genoeg ruimte voor een verhoging van de lonen’.

Werkgeversvereniging AWVN liet via de site De Ondernemer weten dat de huidige inflatie door de krapte op de arbeidsmarkt en verhoging van accijnzen wordt opgedreven, maar dat ook loonstijgingen hierin een belangrijke rol hebben. De AWVN pleit nu voor een cao-overleg ‘terug naar normaal’, wat zou moeten betekenen dat loonafspraken gebaseerd worden op de gezondheid en kracht van de bedrijven en niet op omstandigheden als koopkrachtcijfers.

Rabobank

In de sectorprognose die economen van Rabobank in december publiceerden, werd de verwachting uitgesproken dat er in veel sectoren een stijging van de toegevoegde waarde zou optreden, maar dat die ten gevolge van onder andere loongroei niet automatisch zou leiden tot groei van de bedrijfswinst. De experts van de bank gaven verder aan dat de aanhoudende krappe arbeidsmarkt ervoor zou gaan zorgen dat cao-lonen zowel in 2025 fors omhoog gaan: 5,9 procent in 2025 en 4,8 procent in 2026.

Meer in portemonnee

Aangezien die voorspelde percentages hoger liggen dan de verwachte inflatie zouden de meeste werknemers aan het einde van 2025 structureel meer in hun portemonnee hebben. Maar ‘meeste’ betekent dat het niet voor iedereen geldt. Omdat de groei van lonen in de afgelopen zes jaar niet in elke sector even hoog was, zullen volgens RaboResearch de verwachte loonstijgingen voor werknemers in bijvoorbeeld de sectoren IT, Energie en Financieel niet voldoende zijn om het de afgelopen jaren ontstane koopkrachtgat te dichten.