Coronasteun stopt, duizenden banen ‘in gevaar’
vrijdag 2 juli 2021
De aangekondigde stop van de coronasteun zorgt voor een hoop commotie. Met name in de horeca en de reis- en luchtvaartbranche wordt gevreesd dat het besluit veel bedrijven én werknemers de kop zal kosten. “Dit is een klap in het gezicht.”
Vanaf 1 oktober, de dag waarop de coronasteun van de overheid definitief ten einde komt, moet bedrijven volledig op eigen kracht verder. Dat is makkelijker gezegd dan gedaan, vindt met name de reisbranche. Reiskoepel ANVR, vakbond CNV en ondernemersorganisaties VNO-NCW en MKB Nederland vinden het nog te vroeg om te zeggen dat de coronasteun voor het vierde kwartaal niet meer nodig is.
Veel bedrijven zijn namelijk nog niet hersteld van de coronacrisis, zegt CNV-voorman Piet Fortuin. “Deze abrupte afbouw brengt veel ondernemers onnodig in de problemen, en daarmee werkenden in veel sectoren die onder druk staan.”
De reis- en luchtvaartsector zit bovendien nog voor een groot deel op slot, mede vanwege de steeds dominanter wordende Deltavariant van het coronavirus. “We zitten nog aan het begin van het herstel. Volgend jaar gaat het waarschijnlijk wel weer aardig, maar dit jaar nog niet,” zegt ANVR-directeur Frank Oostdam. “Dit is dan ook een klap in het gezicht.”
Maatwerk
De reisbranche draait momenteel naar schatting zo’n 30 tot 40 procent van de omzet van vóór de coronacrisis. Duizenden banen staan dan ook “op de tocht”, zegt Oostdam. “Vooral bij specialisten voor verre reizen die nu geen kant op kunnen. Dit besluit van het kabinet leidt tot faillissementen en ontslagen.”
Koninklijke Horeca Nederland vreest dat de beëindiging van de coronasteun ook in de grote steden slachtoffers zal eisen. Met name bij hotels, die voor een groot deel afhankelijk blijven van internationaal toerisme en om die reden nog altijd geen gunstige perspectieven hebben. “De gezondheidscrisis mag dan voorbij zijn, maar de economische crisis voor horecaondernemers nog niet”, benadrukt directeur Dirk Beljaarts. “Er is maatwerk nodig voor bedrijven waarvoor het herstel uitblijft.”